verhalen

‘Dienstplicht geeft jongeren wat ze nodig hebben’

Jelle Baar (39), een rasechte Rotterdammer, hoorde bij de laatste lichting dienstplichtige jongens in Nederland. Velen gingen niet, maar Jelle wel o.a. op missie naar Joegoslavië: ‘Ik heb veel aan de dienstplicht gehad.’

‘Er waren destijds maar weinig jongens die zich voor de dienstplicht meldden. Ik deed dat wel, want ik vond het interessant. Ik kwam er als snel achter dat ik dit later ook wilde doen. Mijn moeder was bezorgd dat er iets mis zou gaan: een stelletje jonge kerels bij elkaar, nog net niet volwassen en niet opgegroeid in de beste wijken van de stad. Iedereen wil de stoerste zijn, maar er kan er maar één de stoerste zijn. Dan ligt een vechtpartijtje natuurlijk op de loer.

Ik vond het zelf vooral heel erg leuk. ’s Nachts met een groepje jongens rondlopen en opdrachten doen, kaartlezen en schieten met een wapen. En dat op je zeventiende. Na mijn dienstplicht besloot ik meteen door te stromen en te solliciteren bij Defensie.

In mei 1998 ging ik met SF04 naar Novi Travnik. Dat is onderdeel van het werk: je weet dat je uitgezonden wordt als je een contract ondertekent. Ik had hier meer dan vrede mee – alles wat je hebt geleerd komt op uitzending samen. Mijn moeder had ook dit keer liever dat ik niet ging, maar ik had er veel zin in. Tijdens mijn missie was er geen directie dreiging meer. Onze taak was redelijk simpel: patrouilleren en zichtbaar zijn. Daardoor kon de rust in de regio weer terugkeren en de wederopbouw beginnen.

Ik heb het hier heel erg naar mijn zin gehad. De lokale bevolking was lief en warm. Ze boden ons vaak eten of drinken aan. Dat kun je beter niet weigeren, omdat dat wantrouwen suggereert. Maar soms boden ze je slivovitsj aan: een zelfgestookte alcoholische drank met een heel hoog alcoholpercentage. Dat kun je maar beter wél afwijzen. Een stevige kater in de brandende Balkan zon is geen aanrader!

De dienstplicht opnieuw invoeren in Nederland lijkt mij een goed idee. Ik heb er zelf veel aan gehad in ieder geval. Veel jongeren twijfelen aan zichzelf en daar moet echt meer aandacht voor komen. Bij Defensie kreeg ik een arm om mijn schouder. Jongeren hebben die steun nodig, een vaderfiguur die ze niet naar beneden haalt. Hoewel ik nu niet meer bij Defensie werk, heb ik nog steeds baat bij deze ervaringen. Al kan een maatschappelijke stage dat ook voor elkaar krijgen natuurlijk.’